Christus de Eersteling
In Leviticus 23:10 ev. wordt gesproken over het feest van de eerstelingen. Dit feest was het derde van de 7 feesten des Heren. Eerst kwam het Pascha, daarna het feest van de ongezuurde broden en vervolgens het feest van de eerstelingen.
Het Pascha spreekt in typologische zin van het offer van Christus (1 Cor. 5:7 'want ook ons paaslam is geslacht: Christus'). Direct aansluitend op het Pascha begon het feest van de ongezuurde broden. Dit feest spreekt van onze levenswandel, die ongezuurd moet zijn. Zuurdesem spreekt van verschillende soorten zonde. Alle zuurdesem moest worden weggedaan, zodat alleen het ongezuurde overbleef. In ons leven moeten wij het verkeerde of zondige wegdoen, zodat we een rein (ongezuurd) leven leiden. We moeten ons voeden met de Ongezuurde, met Hem in Wie geen enkele zonde was, de Here Jezus.
Het feest van de eerstelingen spreekt van de opstanding van Christus, Hij is de eerstgeborene uit de doden, (Coll. 1: 18 en 1 Cor 15.20, 23). Er zijn nog een aantal andere kenmerken van dit feest die verwijzen naar Christus.
De eerstelingsgarf (van de gersteoogst) werd daags na de sabbat voor het aangezicht van de Here aangeboden. Uit Matth. 28: 1 e.v. blijkt dat de Here Jezus is opgestaan op de eerste dag van de week, dat is de dag n' de sabbat.
Het eerste en beste van de oogst werd in de eerste plaats aan God aangeboden, n'dat dit had plaatsgevonden mochten de Isra'lieten zich voeden met de rest van de eerste opbrengst van het land. (Lev. 23:14). Het offer van Christus is in de eerste plaats gebracht om God groot te maken en te eren voor alle smaad en oneer die Hem was aangedaan door onze ongehoorzaamheid. Zijn offer is ook gebracht om ons met God te verzoenen. We komen dit vaker tegen in Gods woord, het brandoffer wordt in het boek Leviticus als eerste offer beschreven en is geheel voor God bestemd, daarn' volgen de andere offers die voor de Isra'lieten bestemd waren. Op de Grote Verzoendag was de eerste bok voor de Here, de tweede om de zonden van het volk weg te dragen. Eerst 'ere zij God in de hoge', daarna vrede op aarde voor wie wil.
De eerstelingsgarf kwam uit de 'eerstelingenoogst'. De opstanding van de Here Jezus is een opstanding uit de doden. 1 Cor 15: 20 'Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden'. De opstanding van de mensen die deel hebben aan de eerste opstanding zal eveneens een opstanding uit de doden zijn, omdat de ongelovige doden in de aarde blijven, want deze worden opgewekt ten tijde van de opstanding der doden (Op. 20:6).
'...opdat gij welgevallig zijt Lev'. 23:11. In de Groot Nieuws Bijbel is dit vers als volgt vertaald: 'dan zal de Heer je goedgezind zijn'. De Heer was het volk goedgezind en nam hun eerstelingsgarf aan. Dit is belangrijk, want de opstanding van Christus 'uit' de doden, is het bewijs dat God het offer van de Here Jezus had geaccepteerd! Hij heeft voldaan aan al Gods rechtvaardige eisen. Na de kruisiging waren de discipelen bedroefd, omdat hun Heer was gestorven. Toen zij echter op de dag na de sabbat ontdekten dat het graf leeg was en de Heer was opgestaan galmde er een blijde overwinningsklank door Jeruzalem: 'De Here is waarlijk opgestaan'.
Er werd op het feest van de eerstelingsgarf g''n zondoffer gebracht. Dit kon ook niet anders, want Christus was de volkomen Zondeloze, Hij heeft zelfs geen zonde gekend. (2 Cor. 5:21), en was volkomen Mens, uitgezonderd de zonde. (Hebr. 4:15).
Op het tijdstip dat men in Jeruzalem het Pascha slachtte stierf de Here Jezus als het ware Paaslam buiten de legerplaats. En toen een paar dagen later op het tempelplein de eerstelingsgarf aan God werd aangeboden stond Hij op uit de doden. Zelfs de datum van het o.t. feest komt overeen met wat later plaatsvond in Jeruzalem!
Wij vieren deze maand goede vrijdag en het paasfeest. Wij weten dat Hij de laatste vijand, de dood, heeft overwonnen en nu als de Opgestane in de hemel is. Het Lam dat voor ons stierf is nu de Herder die ons leidt.
De enige God, onze Heiland, zij door Jezus Christus, onze Here, heerlijkheid, majesteit, kracht en macht voor alle eeuwigheid, en nu en in alle eeuwigheden! Amen.